Bende van de Zwaluw.
Keer terug

De Zwaluw!

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Zwaluwen (Hirundinidae) vormen een familie uit de orde van zangvogels. De familie telt ongeveer 20 geslachten en meer dan 90 soorten.

Kenmerken

De bovendelen van het verenkleed zijn vaak donkerblauw of groen met lichtere onderdelen. Ze hebben meestal een gevorkte staart, soms met verlengde buitenste staartpennen. De korte snavel heeft een brede mondopening. Zwaluwen zijn snelle vliegers die tijdens de vlucht jagen op insecten. De zang van deze vogels is een voortdurend kwetteren dat ook in de vlucht gehoord kan worden. De lichaamslengte bedraagt 12 tot 23 cm.

Voortplanting

Zwaluwen hebben drie nesttypen:

  • In bestaande boomholtes, rotswanden of gebouwen
  • Zelfgegraven nestgangen in rivieroevers of zandafgravingen
  • Kommetjes van modder die tegen klippen of gebouwen worden gemetseld

Sommige soorten brengen 2 of 3 broedsels per jaar groot. Legsels tellen over het algemeen 1 tot 8 eieren.

Verspreiding en leefgebied

Deze vogels komen wereldwijd voor, uitgezonderd in de poolgebieden. Ze zijn zo sterk afhankelijk van insecten, dat ze hiervoor ver moeten vliegen als trekvogels. Ze broeden dan in gematigde streken, maar als de herfst doorzet en de insecten verdwijnen, zoeken ze warmere luchtstreken op. Sommige soorten leven het hele jaar door in de tropen.

In Europa komen vijf zwaluwsoorten voor. Het verspreidingsgebied van de boerenzwaluw (Hirundo rustica), oeverzwaluw (Riparia riparia) en huiszwaluw (Delichon urbicum) beslaat vrijwel het hele continent; de rotszwaluw (Ptyonoprogne rupestris) en de roodstuitzwaluw (Cecropis daurica) komen alleen in het gebied rond de Middellandse Zee voor.